Grammatica feitenoverzicht:
onregelmatige werkwoorden

De onregelmatigheid van het Djerma werkwoord heeft betrekking op de zinsbouw en niet op het vervoegen van het werkwoord. Bij de onregelmatige werkwoorden is de plaats van het lijdend voorwerp en het medewerkend voorwerp in de zin anders dan bij de regelmatige werkwoorden. Bij een werkwoord betreft dit alleen de plaats van het medewerkend voorwerp. De lijst van onregelmatige werkwoorden is hieronder opgenomen.

Algemene regel voor de plaats van het lijdend voorwerp in de zin
Het lijdend voorwerp staat als regel voor het werkwoord (de persoonsvorm) in het Djerma, terwijl het medewerkend voorwerp en bijvoeglijke en andere bepalingen daarachter staan (zie voor voorbeelden 2.C.2).

Belangrijkste uitzondering
Er is één groep van werkwoorden, welke een subjectieve waarneming of een emotie uitdrukken, waarbij het lijdend voorwerp direct achter de persoonvorm staat. Deze werkwoorden zullen in de woordenlijsten van de verschillende lessen en in het woordenboek met een "#" worden aangegeven, zie 2.C.3.

Overige uitzonderingen
Slechts bij een paar algemene werkwoorden (met name "kopen" en "verkopen") komt het voor dat men het lijdend voorwerp ook wel direct na de persoonsvorm zet. Maar bij deze werkwoorden is het ook goed en zelfs meer gebruikelijk om gewoon de algemene regel te volgen en de lijdend voorwerp voor de persoonsvorm te zetten. In paragraaf 2.C.3 worden deze uitzonderingen op de bovenstaande regels in meer detail behandeld

Werkwoordaanvulling (partikel)
Als er een lijdend voorwerp in de zin voorkomt en het staat voor de persoonsvorm, dan is er ook altijd een soort hulpwoord bij het werkwoord of partikel. Dit partikel gaat aan het lijdend voorwerp vooraf om dit te kunnen onderscheiden van het onderwerp. Maar ongeacht de tijd (verleden, heden, toekomst) of de wijs (aantoonden, gebiedende, aanvoegende) of het aspect van het werkwoord, de zinsbouw blijft behouden.



Onregelmatige werkwoorden met betrekking tot de positie van het lijdend voorwerp en medewerkend voorwerp in de zin

Werkwoord Voorbeeld Vertaling
Les
ba Ay ga ba r'a. Ik vind het fijn.
5
bisa A bisa iri ma s'a ŋwa. We hadden het beter niet kunnen eten.
10
ciya A ciya ay cora. Hij (zij) was mijn vriend(in).
22
di Araŋ di ey, wala? Hebben jullie ze gezien?
3
dinya / diryan I dinya ka kande buru. Zij vergaten brood te brengen.
17, 21
do . .
22
dona Inglisi boroyan ga dona bene hari. Engelsen zijn gewend aan regen.
22
du Man ay ga du a? Waar zal ik het halen (verkrijgen)?
7
faham A berey mo faham ka bay kaŋ ngey baba ga ba r'a. Zijn (oudere) broers begrepen dat hun vader hem prefereerde boven hen.
4
fongu Ni fongu nin da ni nya-izo game ra gonda hay fo. Jij herinnerde je dat je broer iets tegen je heeft.
26
gonda Hab'izo gonda goroŋo taci. De handelaar had vier kippen.
5
hima Ni ga hima ka talo yaf'a se. Je zou hem zijn fout moeten vergeven.
10
hin A ga hin k'a te. Hij (zij) kan het doen.
15
humburu Iri humburu nodin koyyaŋ. Wij zijn bang om onszelf daar op die plek te installeren.
19
kande I kande ingey bariyey. Zij brachten hun paarden.
4
konda Ni ga konda hay fo Musa do. Jij zal iets naar Musa brengen.
5
maa Iri maa r'ey. Wij hoorden ze.
3
naney Ay ga naney a ga. Ik vertrouw (in) hem.
10
to Fondo wofo no ga to Dosso? Welke weg leidt naar?
7
wani Ay ga wani cawyan sohon. Ik weet nu hoe te lezen.
7



Algemene regels voor de plaats van het medewerkend voorwerp
Het medewerkend voorwerp wordt in het Djerma nagenoeg altijd gevolgd door het voorzetsel "se", , zelfs bij woorden waarbij wij het gewoonlijk weglaten zoals vertellen en brengen. Dit voorzetselconstituent staat meestal direct na het werkwoord.

Algemene uitzondering
Voor de onregelmatige werkwoorden (met betrekking tot de plaats van het lijdend voorwerp) geldt dat als het medewerkend voorwerp een voornaamwoord is, dit als eerste komt na het werkwoord en dan pas het lijdend voorwerp. Als het medewerkend voorwerp een zelfstandig naamwoord is, dan komt na het werkwoord als eerste het lijdend voorwerp.

Andere uitzondering
Het werkwoord "no" (geven) is alleen onregelmatig met betrekking tot de plaats van het medewerkend voorwerp en niet die van het lijdend voorwerp. Voor dit werkwoord geldt als algemene regel dat het medewerkend voorwerp op de plaats komt van het lijdend voorwerp (dus voor het werkwoord) en het lijdend voorwerp nu na het werkwoord komt. Het woord "se" wordt niet gebruikt.

De drie hier in het kort besproken gevallen, worden uitgebreider behandeld in Les 6.D.2: de regelmatige en onregelmatige werkwoorden m.b.t. de plaats van het lijdend voorwerp en het werkwoord "no" (geven).



Onregelmatig werkwoord met betrekking tot de positie van alleen het medewerkend voorwerp in de zin

Werkwoord Voorbeeld Vertaling
Les
no A na Gambi no fari. Hij (zij) gaf een akker aan Gambi.
6





Laatst herzien: zondag 29 januari 2006